De overheid heeft voor de eerste graad doelen basisgeletterdheid bepaald. Dat zijn doelen die elke individuele leerling moet bereiken op het einde van de eerste graad. In uitzonderlijke gevallen kun je als klassenraad gemotiveerd beslissen dat een leerling sommige doelen van de basisgeletterdheid niet moet bereiken.
Basisgeletterdheid maakt het mogelijk voor leerlingen om op het einde van de eerste graad aan de maatschappij te kunnen participeren. De nadruk ligt op het verwerven, verwerken en gericht gebruiken van informatie. Dat houdt in dat leerlingen kunnen omgaan met taal, cijfers en grafische gegevens en daarbij gebruik kunnen maken van ICT. Daarnaast wordt bij basisgeletterdheid voor de eerste graad ook ingezet op financieel-economische zelfredzaamheid.
In alle leerplannen staat de vorming van de leerling centraal. Elke leerling heeft recht op een brede en ambitieuze vorming. Als je als school inzet op die brede en ambitieuze vorming, maak je sowieso werk van basisgeletterdheid.
Toch kun je er in de loop van de eerste graad voor kiezen meer in te zetten op de doelen basisgeletterdheid. Dat zal vooral het geval zijn voor sommige leerlingen van de B-stroom.
Zo kan de begeleidende klassenraad in de loop van het eerste of tweede leerjaar (A/B) vaststellen dat het voor een leerling bijzonder moeilijk zal zijn om de doelen van de algemene vorming op voldoende wijze te behalen. Op dat moment kun je nagaan of de doelen basisgeletterdheid in het gedrang komen. Indien nodig kun je iets gerichter inzetten op sommige doelen van die basisgeletterdheid.
Als delibererende klassenraad blijf je het geheel van de algemene vorming bekijken.
“De deliberatievraag zelf houdt de blik op de toekomst. Wat ziet de klassenraad mogelijk op basis van de vorderingen die de leerling gedurende de eerste graad gemaakt heef(? Wat is voor die leerling de meest zinvolle studieloopbaan? Welke studiekeuze is het best afgestemd op de specifieke capaciteiten, interesses en behoeften van die leerling?”
Je houdt bij de beslissing rekening met keuzes die de begeleidende klassenraad eerder tijdens het schooljaar gemaakt heeft. Indien nodig kan je motiveren waarom de betrokken leerling sommige doelen van de basisgeletterdheid niet hoeft te bereiken.
De doelen van de basisgeletterdheid zijn onderliggend aan de leerplandoelen van de algemene vorming. Ze worden in het leerplan aangeduid met ‘BG’. In wat volgt verwijzen we naar de leerplandoelen van de algemene vorming. In die doelen bakenen we de basisgeletterdheid af.